Ik moet nu even een heel eind terug want de afgelopen dagen hadden we geen internet tot onze beschikking. Zondagmorgen 21 oktober namen we afscheid van Burt en Geesje zij gingen terug naar Caboolture.
Wij gingen in de auto naar Hinkler House, een oud huis steen voor steen verhuisd van Engeland naar Australie- en daarbij een mooie grote tuin. Op speciaal verzoek van Els! We liepen er rond, voerden de eenden en hele grote palingen en dronken er koffie met gebak om Dagmar z'n verjaardag te vieren. Mam at worteltaart. Echt waar, dat verkopen ze hier en ik moet zeggen het is helemaal niet zo vies als het mopje zegt. | ![]() |
Daarna naar huis, spullen pakken voor ons kampeeravontuur en naar Jantientje waar we opgepikt werden door Greg, Leandre en Josh. We reden achter ze aan, de zonsondergang tegmoet (alweer zo'n mooie) naar hun farm. Een rit van ongeveer 40 minuten. Op de boerderij aangekomen gingen we door de hekken een weiland in, nog een weiland door, tussen de paarden door, door de kreek en in het volgende weiland stond ons kampje. Een vouwwagen, een kampvuurplaats, een kraan met kreekwater en verder niets! Ge-wel-dig!! We maakten het vuur aan en toen de boel heet genoeg was kwam de plaat er op voor de BBQ. Nog een kopje koffie en vroeg onder de slaapzak. Wat een plek zo 's avonds, duizenden sterren en een sikkelmaantje die op z'n rug ligt hier- en verder niets! Om 05.30 uur maakten de vogels ons wakker. Onze gastheer en vrouw hebben ze niet gehoord, zij zijn er aan gewend! Wij wel en na nog wat dommelen zaten we om 07.00 uur aan de koffie en staken we onze kop onder de enige kraan. Greg en Josh waren toen overigens al een half uur aan het ploegen. We kregen de pleetour. Plassen deed je daar in de bosjes maar voor het grotere werk hebben ze een bushtoilet gemaakt. Dat wil zeggen: twee palen, plank met gat er op en dat boven een gat in de grond. Rondom uitzicht op de inmens grote landerijen van Greg en Leandre. Het was echter wel 3 minuten lopen van kamp. Testje: ga nu je voordeur uit, kijk op je horloge, loop drie minuten in een stevig tempo en kijk dan waar je bent. Zover was die WC dus! Om 08.00 uur brandde het vuur er al weer vrolijk op los, ging de plaat er weer op en kregen we de Sundaymorning Special als ontbijt. Dat wil zeggen: gebakken ui en tomaat, worstjes, bacon en toast met gebakken ei. We keken ernaar en dachten alle 4: als onze tere maagjes dat maar aankunnen. Maar wat dacht je? We aten als slootgravers en het was nog lekker ook!
![]() |
Daarna ging het dan echt gebeuren: we haalden de paarden. Ik kreeg Banjo, een appaloosa (wauw) en Leandre reed op haar eigen paard. Borstelen en zadelen en toen op pad. Het was wel even wennen, ook omdat er geen paden op hun land zijn en je dus vrolijk door bosjes, struikjes en kreekjes draaft danwel gallopeert. Het land is opgedeeld in een grote strook land in het midden die ze de runway noemen en daarop sluiten alle weilanden aan. Grote stukken land! Ik was constant de weg kwijt. |
Er doorheen loopt dan ook nog een kreek. Peter was intussen met Greg en Josh met een pickuptruck en twee off-the-road motoren ook op weg naar de koeien. We vonden ze en dreven ze gezamenlijk naar de paddock waar ze bespoten werden tegen teken. Wat een gevoel! Op een appaloosa, achter de kudde aan, een beetje "go on" roepen en het spul ging ook nog in de goede richting. Mensen die mij een beetje kennen weten dat mijn grijns van oor tot oor ging en die verdween de hele dag ook niet meer van mijn gezicht. Peter op een off-the-road met een hemd onder zijn baseballcap tegen de hitte, achter de koeien aan: was overigens ook een prachtig gezicht. We hebben veel aan Hans gedacht die dag, hij zou nooit meer weg willen van zo'n farm en met Josh zou hij bijzonder goed op kunnen schieten, het zouden broers kunnen zijn! We deden 1 musteringronde, dat duurde ongeveer een uur, namen een korte pauze en deden toen nog een ronde van een uur. De tweede ronde zochten en vonden we de kudde helemaal achter op het land en die kudde hebben we verplaatst van het ene weiland naar het andere. Wat een dag, wat een dag! Er kwam nog veel meer familie naar de farm maar die heb ik nauwelijks gezien omdat ik de dag op een paard doorbracht. Aan het eind van de middag gingen we terug naar Brisbane om nog even met de speedboot te varen. Tja. Peter ook weer helemaal gelukkig. Daarna naar huis en doodmoe naar bed want de volgende ochtend vertrokken we om 07.00 uur vanaf Jantientjes huis naar onze volgende bestemming: The Willows.
Jannie van der Meulen ging met ons mee, zij en haar man Siep kampeerden jaren in The Willows en zochten daar naar gemstones (edelstenen) met name naar saffieren. Dat wilden wij ook wel eens proberen. We reden die dag bijna 700 kilometer! En ik had zo'n last van mijn achterwerk, hoe zou dat nou komen? Het heet zadelpijn geloof ik.
Even tussendoor wat Australische begrippen over tijd en afstand en de
nederlandse vertaling:
It's just around the corner = vier straten verderop
It's not far = 400 kilometer rijden
It's not long = een halve dag rijden
It's not that warm = 25 graden
We will eat a bit later = kom maar wanneer het jullie uitkomt.
De rit naar the bush, zoals ze het hier noemen, was lang en we kwamen steeds meer op rechte, lange wegen zonder tegenliggers. Precies zoals je je Australie zou voorstellen.
Overal zijn op dit moment gecontroleerde grasbranden en op een gegeven moment reden we over een weg met een grasbrand links en eentje rechts. We konden de hitte in de auto voelen! En dan vraag je je af wie controleert nou die enorme oppervlaktes brandend gras? Nou.. 1 mannetje in een pickuptruck natuurlijk. | ![]() |
We hebben de taken in de auto goed verdeeld. Peter en ik rijden omstebeurt en wisselen zo tussen de 150 en 200 km. Els navigeert vanaf de achterbank. Dat is prettig want als je dan niet hoeft te rijden kun je ook even je ogen dicht doen. Prima geregeld dus. We kwamen aan het eind van de dag, tegen alweer een zonsondergang in, in The Willows aan. Het laatste stuk ging niet zo snel want tegen zonsondergang komen de kangaroo's op de weg en geloof me, die wil je niet voor je auto hebben. We vonden het caravanpark en hadden een beetje problemen met de indeling (4 bedden voor 5 personen is een beetje weinig) maar na overleg kregen we er gewoon een cabin bij. No worries mate. De baas waarschuwde ons wel voor het feit dat het mogelijk kon zijn dat de brown snake: de meest giftige van alle australische soorten en dodelijk na 1 beet, wel eens voorkwam in het toiletgebouw. Nog nooit ging ik ergens zo voorzichtig naar de WC of onder de douche!! We lagen om 21.00 uur in bed. Dat begint gewoonte te worden maar we zijn dan ook meestal om 07.00 uur wakker. De volgende ochtend bleek al wat de eerste attractie was: regenboogparkieten, een hele boom vol en ze aten uit je hand. In no time zat ik met een stoeltje en een pakje crackers onder een boom in het gezelschap van regenboogparkieten, honey-eaters (2 verschillende soorten), magpies (een soort ekster) en topknotpigeons (een duifje wiens vleugels piepen als ie wegvliegt, net opwindvogeltjes). Ach, wat wil een mens nog meer? We ontbeten onder de boom en schreven onze dagboeken bij. 's Middags gingen we toeren en reden naar Anakie, Saphire en Rubyvale. Goh, hoe komen die laatste twee plaatsen toch aan hun naam? 's Avonds aten we brood en zaten daarna, onder de sterrenhemel, bij een kampvuur. En kregen daar bezoek van een Batton Kangeroo en dat is heel bijzonder want die zie je bijna nooit in het wild. Iedereen is er helemaal verwonderd over en wij zaten daar alleen maar van "goh, dat is een leuk beest!" Hij kwam tot drie keer toe bij ons vuurtje kijken wat we aan het doen waren. Het schijnt dat ze op de grond gaan stampen als je ze geen aandacht geeft. Pubers!
![]() |
En dan: gisteren, de jacht op de edelstenen! We gingen na ontbijt en koffie richting Rubyvale om de Heritage-mine te bezoeken. We kregen een rondleiding en zagen hoe een saffier er nou eigenlijk in het wild uitziet. Dat maakte het zoeken later gemakkelijker nietwaar? Daarna kochten we, geloof het of niet, 5 emmers zand! Kosten: $ 6.00 per emmer. De emmers kwamen uit de mijn en daar moest je mee aan de slag. Er werd uitgelegd wat je precies moest doen: zeven, spoelen, zeef omkeren en dan maar zoeken. Je had ons moeten zien, op de kop tussen de minieme kleine steentjes op zoek naar die ene, perfecte saffier. We vonden met zijn vieren, schrik niet, 118 saffieren! Kleintjes hoor, niet echt waardevol maar toch.. 118 stuks. Ik vond er zelfs 1 van 31.93 karaat (dat is een grote) maar ik zal het maar eerlijk zeggen, daar bleken zoveel "fouten" in te zitten dat ie ook niets waard is maar stoer is het wel. Els vond een bijna perfecte zirkoon en Peter een dogstooth, een saffier in de vorm van een hondetand(je). Wat een buit. We waren helemaal gelukkig. Normaal gesproken doe je 20 minuten over een emmer, zo was ons verteld, maar wij deden het grondig en waren 2 uur later pas klaar! We aten in Rubyvale een Miners Burger, alweer zo'n prachtig product, en reden aan het eind van de dag moe maar zeer voldaan naar huis. |
Vandaag 25 oktober waren we om 07.00 uur weer wakker en om 09.30 uur zat alles ingepakt in de auto voor de rit naar Mackay, 470 kilometers, eitje. Het is niet te geloven hoe je, al rijdend, het landschap hier ziet veranderen. Van kust, naar regenwoud, naar bergen, naar bush, naar rood zand, weer naar bos en terug naar de groene kust. Alice in Wonderland. We reden weer over die hele lange wegen. Ik geloof dat je wel 5 kilometer rechte weg voor je hebt op bepaalde stukken en genoten van het uitzicht. Om 17.00 uur kwamen we in Mackay aan. We reden naar het huis van Jannie waar ook Harmke en Jantje al op ons wachtten.
![]() |
Ze brachten ons meteen door naar onze accommodatie: the ocean village resort. And a resort it is! Els dacht even dat ze in een filmset beland was. Mooie units, gegroepeerd om een tennisbaan, diverse barbeques en twee zwembaden met veel palmen en groen. De zee ligt letterlijk echt om de hoek, Peter is al even op het strand geweest. Oh boy, oh boy, waaraan hebben we dit nou weer verdiend? We brachten onze spullen naar binnen, Peter en ik trokken onze zwemkleren aan en nog geen 5 minuten later lagen we op onze rug in het zwembad naar de onderkant van de palmen te kijken. Och... | ![]() |
|
Nu zitten we bij Jannie thuis, hebben hier zalig gegeten en boven wordt druk bijgepraat. Peter en ik zitten onder het huis achter Jannie's computer. Alweer zijn de voorzieningen meer dan goed. Straks lekker slapen en morgen naar het strand? We zullen het wel zien. Officieel is het een "rust"-dag.
Tot de volgende keer en de groetjes van ons allemaal.
Mackay deel 2
Zondag 28 oktober, Mackay, we zwommen in de oceaan!
Vrijdag hadden we een werkelijke rustdag. We waren om 08.00 uur wakker, ontbeten, tutten wat rond en in de loop van de ochtend gingen Peter en ik boodschappen doen bij Caneland. Een enorm winkelcomplex van 120 winkels onder 1 dak. Alles airconditioned natuurlijk. We kochten o.a. pannenkoeken uit een fles. Het meel zit er al in, je voegt water toe, schudt je te pletter en giet het dan in een pan. Als alles goed gaat heb je dan een soort American Pancakes. Het ging niet helemaal zoals het moest maar ze waren erg lekker. Tegen 14.00 uur gingen wij naar het bewaakte strand. Het stingerseizoen is begonnen en dat wil zeggen dat je niet zomaar de zee in kunt. Stingers zijn een extreem soort kwal die je dodelijk kan verwonden. Het is toch wat, al die dodelijke beesten hier. Je hebt dus hele stukken strand waar netten in zee zijn gespannen zodat die kwallen niet bij je in de buurt kunnen komen. Wij gingen naar zo’n strand en zwommen voor het eerst in de oceaan. Het water was lauw en we oefenden het snorkelen. Het snorkelt toch wel een beetje anders als je branding en golven hebt maar zolang je je maar een beetje mee laat drijven gaat het goed en als beloning zag ik mijn eerste schooltje kleine visjes.
‘s Avonds aten we bij Jannie in de tuin aan een grote tafel. Je kunt echt merken dat je hier bijna in de tropen bent. Het is warm, het blijft warm, ook ‘s nachts. Ons huisje heeft gelukkig een goede airco en die zetten we af en toe aan om af te koelen. Ik zal maar niet zeggen hoe bruin we al zijn…
![]() |
Zaterdagochtend waren we weer vroeg op, aten een ontbijt royaal met vers fruit (al het exotische fruit is hier spotgoedkoop!) en om 10.00 uur waren we bij Jannie’s huis voor onze tocht naar Eungella Park. Peter had een bijzondere dag, hij was met 7 vrouwen op stap. Ach arme jongen. Tegen 11.00 uur reden we het dal uit en de berg op en met een stijging van 12% en veel haarspeldbochten reed ik naar boven, niet lettend op het uitzicht! Bij Broken River stopten we en hadden we een picknicklunch en een sanitaire stop. Toen –letterlijk- de wandelschoenen aan het het regenwoud in. En daar ga ik weer: wat is dat prachtig! Grote, hoge bomen, duizenden varens, 500 kleuren groen, bushturkeys die door de struiken scharrelen, een ruisende rivier en een beetje schaduwrijk en toch vochtige lucht. Burgers Bush verbleekte ter plekke. Ze ( daar in Arnhem ) hebben een goede poging gedaan; de geur en vochtigheid zijn goed, maar als je hier naar boven kijkt zie je geen glazen dak! We gingen dus weer helemaal uit die van ons. Het was een wandeling van 2.1 km. Maar stijgend en dalend in het woud doe je daar al snel anderhalf tot twee uur over. Bij terugkomst dronken we nog een kopje koffie uit de thermos en aten een ijsje. |
Daarna reed Peter ons bergafwaarts en door drie stromende kreken naar Finch Hatton Gorge. En ja, ook dat is weer zo mooi als het klinkt. Een stromende rivier/beek door enorme rotsblokken. We zagen er bij aankomst onze eerst echte Goana (zo’n grote leguaan van ongeveer 1 meter) vrij rondlopen. Wat een oerbeest. Geweldig. Wij klommen en zaten op de blokken en Peter lag zelfs even in het koude water. Dapper. | ![]() |
Via Mirani –waar de geschiedenis van onze familie in dit land is begonnen- gingen we terug naar Mackay. We namen een uurtje pauze en gingen helemaal opgefrist naar de club voor diner. En dat is een systeem apart in dit land: Je moet lid zijn van een club (in dit geval de voetbalclub) en dan mag je, samen met introducees, daar gokken en eten. Jannie is lid van de Southern Suburbs Football Club en wij moesten ons bij binnenkomst inschrijven als introducee. Je krijgt dan een soort entreebewijs en als je gaat gokken en je wint iets moet je daarmee aantonen dat je met een member bent binnengekomen. Dat op zich is al bijzonder maar dan het eetsysteem. Om klanten te lokken bieden ze ‘specials’. Goede maaltijden, met alles er op en er aan, keuze genoeg, tegen afbraakprijzen. Als voorbeeld: wij hadden de dames uitgenodigd om daar op onze kosten te eten –als dank voor de gastvrijheid- en voor ons achten waren we wel $ 60.60 kwijt. Het is toch niet te geloven? Ook komen ze langs met een vleespakket, je kunt een lootje kopen en dat winnen. We deden twee pogingen en wonnen… niets. En er was muziek in de vorm van Vicky. Ze zong gouwe-ouwe en deed dat heel goed. Op verzoek van Jannie en Jantje zong ze voor ons een echt Australisch liedje om ons welkom te heten ‘for our special guests from Holland, welcome to Australia and have a good time’. Is dat niet aardig? Ach, de mensen zijn hier zo aardig, daar raak ik in geen 100 jaar over uitgepraat denk ik. Later spraken we met Vicky en het bleek dat ze zichzelf door Australie zingt. Ze is nu twee jaar onderweg, heeft 76.000 kilometer (dit is geen typefout) afgelegd en is Queensland nog niet uitgeweest! Ze verwacht er 10 jaar over te doen. We doken, zeer voldaan van alweer zo’n prachtdag, in bed.
Vanochtend waren Peter en ik om 07.15 uur alweer klaarwakker. De eerste conversatie is als volgt: Roely zegt ‘denk je dat het regent?’. Peter zegt ‘dan moet je even gaan kijken’. Roely staat op, doet het gordijn opzij en zegt ‘gatverderrie al weer een strakblauwe lucht’. We dronken een kop koffie en om 07.45 uur lagen we in de oceaan die vlak achter ons resort ligt. Daarna nog een korte zwem in het zoetwaterbad om het zout kwijt te raken en op naar het ontbijt. Wat een leven, wat een leven! Om 12.00 uur waren we in het park bij de haven voor de familie barbeque. Een aantal van de kinderen en kleinkinderen van Jannie en Harmke waren er ook en we beleefden een genoegelijke middag met een barbie (zo noemen ze dat hier), heerlijke salades, lekkere drankjes en goed gezelschap.
![]() |
We eindigden in een ander park aan zee waar sommigen een duik namen en anderen –waaronder ik- in de schaduw lagen na te buiken. |
Daarna terug naar ons huis voor een afternoonnapje. We aten wat en gingen toen weer naar Jannie voor het internetgebeuren. Jantje/Jennie kwam net even laten zien wat er bij de koffie is… Een mudcake. Ze had er gisteren over verteld, dat ie zo lekker was, en ach, ze heeft er gelijk 1 gekocht ook. Dat moet ik dus nu weer gaan proeven. Het bestaat uit chocola, chocola, chocola en bovenop soesjes, overdekt met nog meer chocola. Ik offer me wel op, het is niet anders!
Tot een volgende keer.
Mackay deel 3
Maandag 29 oktober, Jannie… GE-FE-LI-CI-PEERD!!
‘s Ochtends, na koffie en ontbijt, waren we om 11.00 uur bij Jannie’s huis voor de verzameling van mensen. Peter ging nogmaals een dag met 7 vrouwen op stap. Het was hem kennelijk goed bevallen. Jenny reed voorop en langs heuvels, dalen en groene velden reden we richting National Park Cape Hillsborough. Onderweg kregen we er al een korte blik op (ohhhh!) en bij aankomst renden we bijna naar zee omdat we het niet konden geloven. Witte zandstranden, palmen, een azuurblauwe zee en iemand had een paar eilandjes leuk rondgesprenkeld voor de afwisseling. Gossie… We begonnen ons avontuur daar met een picknick onder een boom, voor een goede tocht moet je tenslotte goed eten. Broodjes met salade en koude kip dit keer. Kopje koffie er bij en in gezelschap van een cookaburra op een tak, scharrelende bushturkeys en een wallaby of drie.
![]() |
Na de lunch reden we nog een stukje naar een resort (ook een mooie plek om te logeren!) en trokken toen de wandelschoenen weer aan voor de tocht. En een barre toch was het. We klommen een heuvel op bij een temperatuur van 34 graden C en dat deden we dus elk maar in ons eigen tempo. Na al dat eten gaat dat allemaal niet meer zo snel. De beloning mocht er zijn: een prachtig uitzicht op al die zee, al die eilanden en al dat witte strand. De cape is een schiereiland dus… zee links en zee rechts van je en op de landtong die de boel aan het vasteland verbindt een mangrovebos. Bovenop de heuvel rustten we even uit en zagen dolfijnen in het water waarvan later bleek dat het ook nog wel een school haaien zou kunnen zijn. Wij vonden beide goed.
|
Toen weer downhill, heel voorzichtig, en richting het strand waar we onze eerste soldiercrabs zagen. Het kan zijn dat ik veel schrijf over de fauna hier maar het is ook zo bijzonder! Maar goed, soldiercrabs. Ze zien er uit als een hele grote spin met een lijf als een dikke knikker, ze bewegen zich in een groep van zo’n 100 stuks over het strand en als je in de buurt komt graven ze zich met een noodgang in onder het zand. Zo zie je dus een hele groep van die beesten, kijk je 10 seconden later weer… hele groep verdwenen. Net een goocheltruc! We filmden een dikke joekel van dichtbij want Jannie had ons verzekerd dat ze wel kunnen bijten maar daar hou je niets aan over. Ze beten niet, ze zijn waarschijnlijk banger voor ons als wij voor hen. |
![]() |
Door de branding, temperatuur lauw badwater, liepen we terug naar het resort. Doodmoe maar alweer zeer voldaan. Ik heb kaartjes gekocht van de cape maar weet niet of ik ze zal sturen en zo ja aan wie, het is eigenlijk te a-sociaal. Na een ‘opfrisbeurt’ in het toiletgebouw (alweer kwam er alleen maar lauw- danwel warm water uit de kraan) en een fris drankje ging het huiswaarts. We hadden een anderhalf uur rust voor we naar Harmke gingen voor het diner. We doken dus allemaal in ons zwempak en vervolgens in het zwembad voor afkoeling. Heerlijk is dat, zo’n beetje dobberen en wat nakletsen over de dag. Om 18.30 uur waren we bij Harmke voor pizza (heerlijk!) en gezelligheid. Sharon (dochter van Harmke) beledigde Els bijna toen ze vroeg ‘gaven ze in jouw tijd ook al engelse les op school?’. Maar ach, Els is niet zo gemakkelijk te beledigen en wij lagen in een deuk. We leerden Natasja (kleindochter van Harmke, 9 jaar oud) ‘hoofd, schouders, knie en teen’ te zingen in het Nederlands en dat deed ze lang niet slecht. Zij liet ons vervolgens de Engelse versie horen die iets anders eindigt dan de nederlandse. We hadden dus alweer een genoeglijke avond. Tegen 22.00 uur namen we afscheid van Jannie van der Meulen en Jenny want zij gingen dinsdagochtend heel vroeg al terug naar Brisbane. Moet je je voorstellen; Jenny rijdt die afstand, 1100 kilometer, in 12 uur!
Dinsdag 30 oktober, we gingen weer shoppen! Nu is het dinsdag geworden en om 08.00 uur stond er al een vreemde vent bij Els in de woonkamer. Ze had net de schuifdeur open gezet en hopla, kerel binnen. Een prestatie zo vroeg op de ochtend. Het bleek een onderhoudsman te zijn want iemand probeerde ons te bellen maar onze telefoon deed het niet. Hij repareerde de boel en we wachtten af wie er zou bellen. Het bleek Jantientje te zijn, ze wilde ons nog even spreken voor we verder reizen en nu kan dat nog. Omdat het overdag wat duur bellen is belt ze ons vanavond opnieuw en dan kunnen we nog even bijkletsen. Daarna belden we zelf, met Els haar mobiele, naar Nederland. Omdat bij jullie de wintertijd is ingegaan –wat is dat, wintertijd?- is het tijdsverschil nu weer 9 uur en dat geeft net dat beetje speelruimte. Jannie was jarig dus we belden haar. Ze lag al in bed maar werd er vlot uitgehaald en we konden haar even feliciteren alhoewel ze hier natuurlijk al niet meer jarig was.
![]() ![]() |
Daarna ontbijten en het hele ochtendritueel en toen naar Caneland! Yeeha. Ik vind het toch zalig hoor die enorme winkelcentra. Els presteerde het om bij Target (een soort hele grote V&D) de weg kwijt te raken, ze kon de kassa’s niet meer vinden. Zo groot! En dat is dan slechts 1 van de 120 winkels, alles onder 1 dak. We kochten nog wat souvenirs voor thuisblijvers en gingen daarna terug naar Harmke voor een praatje en wat drinken. |
Nu is het 15.00 uur en zitten we even bij Jannie onder het huis te internetten en dan gaan we nog maar even zwemmen in de oceaan denk ik. Het is weer 34 graden vandaag dus dat kan best. Tot de volgende keer, uit Airlie Beach denk ik, want morgen vertrekken we richting Whitsundays. We hebben er nog niets geboekt maar dat komt wel goed, het is maar 110 kilometer van hier dus we hebben tijd zat om daar iets te zoeken. Daar blijven we tot zaterdag en dan gaan we zondag naar Cairns. Het Coconut Caravan Resort is daar voor ons geboekt. Ze hebben een site op het internet dus je kunt er even kijken: http://www.cairnscaravanresort.com.au Geweldige locatie om deze reis te eindigen lijkt ons. Tot de volgende keer maar weer. En nogmaals dank voor de mail! We genieten er erg van en ook de familie hier leest ze met genoegen!